“Wanneer heb je ’t meest geleerd?”, vraagt mijn stagiair ineens.
(Wat een goede vraag, daar heb ik niet zo snel antwoord op.)
“Ehm..”, begin ik. (Waar gaat deze bila ineens heen?!)
Maar hij is ongeduldig: “Heb je wat gehad aan je opleiding?”
“Ja natuurlijk – al lijkt dit vaak niet zo: het is als de vloer waar je op staat – je merkt niet meer dat deze er is. Maar het vormt de basis van je denken en werk sterk”.
“En het leren daarna?”
Ik begin mijn hersens te kraken – “je leert het meest in noodsituaties: zoals bij t begin van je carrière, als je in erg korte tijd veel moet leren en laten zien.
Of als er iets in de brand staat en er snel resultaat moet komen: dan zie je waar mensen en een organisatie toe in staat zijn/is, wie echt gééft om het bedrijf, wat de normen en barrières zijn.
Het begin van een interim opdracht lijkt hier ook op: in een paar weken moet je weten wat er speelt, hoe een organisatie werkt en wat er kan – en wat je dus gaat doen.”
(Nee, denk ik, dit is te makkelijk, te oppervlakkig. O wacht:)
“Ik heb het meest geleerd door het krijgen van kinderen. Wat je ook denkt, hoe hard je ook leert – ineens is daar iemand en die heeft geen interesse in wat je ooit hebt geleerd. Die wil simpelweg jou – je hart, moed en ziel. Met vlekken en al, je hele universum – en dat je voortaan je leven gaat wijden aan haar. Dat is een les die onvergetelijk is. Die je een volkomen nieuw perspectief op de wereld geeft”.
“En je een nieuwe identiteit geeft. Daarvan leer je niet alleen het meest, maar ook het meest belangrijke. Dat houdt nooit op, ik wil zelfs niet dat dat ooit ophoudt”.
Ik val stil, mijn ogen staan op oneindig. Het gesprek is ten einde.
Mijn stagiair kijkt wat verbaasd, knikt en loopt naar zijn volgende afspraak. Hij was alleen maar benieuwd naar online marketing, maar kreeg in plaats daarvan een onverwachte conversie.
Gelukkig doet hij binnenkort een minor in Filosofie.